Wat werd er door het genootschap in de jaren voorafgaand aan 1914
gepubliceerd?
Het bovenstaande is door de jaren heen door het Wachttorengenootschap aan
haar volgelingen voorgehouden. Geen enkele andere organisatie kon bogen op
zoveel inzicht in bijbelse profetieën.
Was dat geen bewijs van goddelijke zegen?
Was dat niet de reden waarom in 1919 de "ernstige bijbelonderzoekers"
- zoals ze toen bekend stonden - door Jezus werden aangesteld als "getrouwe
en beleidvolle slaaf-klasse"?
Getuigden zij niet als enige van de oprichting van Gods Koninkrijk in
1914?
Hadden zij niet decennia van te voren naar 1914 gewezen als het jaar dat de
tweede tegenwoordigheid van Christus zou beginnen en de "tijd van het einde"
zou beginnen?
Er zijn niet veel Getuigen van Jehovah die nog in het bezit zijn
van de lectuur van het Wachttoren-genootschap uit die tijd.
Dit geldt in het bijzonder voor de Nederlandse Getuigen omdat pas na de 2e
wereldoorlog de Wachttorenlectuur op regelmatige basis in het Nederlands verscheen.
U moet dus
afgaan op wat er in latere lectuur (van datzelfde genootschap) over die tijd
vermeld wordt, zonder de mogelijkheid om het beweerde te controleren....en
waarom zou u ook? Het is immers "Gods Organisatie" en die spreekt
altijd de waarheid, nietwaar?
Zo schrijft De Wachttoren van 15 september 1998 op blz.15:
"Op soortgelijke wijze bracht een profetie ernstige
Bijbelonderzoekers in de negentiende eeuw er door goddelijke leiding toe
verwachtingen te koesteren. Door de "zeven tijden" uit Daniël 4:25 met "de
tijden der heidenen" in verband te brengen, verwachtten zij dat Christus
in 1914 Koninkrijksmacht zou ontvangen."
De feiten tonen helaas iets heel anders aan.
Feiten die u op deze pagina zelf kunt controleren.
Uit de lectuur van die tijd blijkt dat het genootschap
helemaal niet leerde dat Gods Koninkrijk in 1914 zou worden opgericht, noch
dat dan de "laatste dagen" zouden beginnen, laat staan dat het leerde dat
Jezus in dat jaar de troon zou bestijgen.
Het genootschap leerde dat Jezus in 1874 (niet in 1914) op zijn troon was
geplaatst en dat de opstanding van de heiligen in 1878 was begonnen
(niet in 1918).
De "tijd van het einde" was volgens Russell begonnen in 1799 (niet in
1914).
Tot ver na zijn dood (in 1916) werden deze jaartallen door het
genootschap onderwezen.
The Watchtower van 1 november 1922 schreef op blz.333 (vertaald):
"Bijbelse profetieën tonen aan dat men kon
verwachten dat de Heer in het jaar 1874 voor de tweede maal zou
verschijnen. De profetieën die in vervulling zijn gegaan, tonen zonder
enige twijfel aan dat hij inderdaad in 1874 is verschenen. De vervulling
van de profetieën blijkt tevens uit de waarneembare feiten en deze feiten
zijn onloochenbaar. Alle trouwe wachters zijn bekend met deze feiten
zoals die in de Schriften worden vermeld en door de uitleg van de
speciale dienstknecht van de Heer (Russell, red.) zijn verklaard."
Op geen enkele manier werd het begin van de tweede
tegenwoordigheid van Jezus met 1914 in verband gebracht. Dat is echter wel
wat het genootschap u wil laten denken.
Al wat Russel over 1914 leerde was dat in dat jaar, op 1 augustus, de
"tijden der heidenen" zouden eindigen. Zelfs dat was nog "per ongeluk".
Waarom? Omdat hij de verwoesting van Jeruzalem plaatste in het jaar 606v.GT.
waardoor 2520 jaar later zouden uitkomen in 1915.
Doordat hij hierin een rekenfout maakte kwam hij uit op 1914.
Pas tientallen jaren later (na de dood van Rutherford in 1942) werd deze fout ontdekt, maar
omdat 1914 al die jaren zo was benadrukt en omdat de 1e wereldoorlog in dat
jaar uitbrak -- hetgeen een gekenmerkt jaar veel geloofwaardiger maakte --
hield men toch aan dat jaar 1914 vast.
Maar ja, door de correctie van die rekenfout kwam de berekening niet meer
uit op 1914.
Als de 2520 jaren van de "tijden der heidenen" begonnen met de verwoesting
van Jeruzalem, hetgeen volgens de organisatie in het jaar 606 v.GT.
plaatsvond, dan was het einde daarvan pas in 1915.
Men besloot dat te corrigeren door het jaar van Jeruzalems vernietiging te verplaatsen naar
607v.GT. zodat de 2520 jaar toch weer in 1914 zouden eindigen. Behalve
het verlangen om het jaar 1914 in stand te houden, was er voor deze
verandering geen enkel historisch bewijs.
(zie The Kingdom Is At Hand - 1944 blz 175 waar deze wijziging
werd ingevoerd)
In de brochure "Millions Now Living Will Never Die" (1920) blz.15,
legt Rutherford uit:
"De datum van Zedekia's afzetting en de
vestiging van Nebukadnezar's heidense overheersing, hetgeen de eerste
Heidense wereldregering was, is door zowel wereldse historici als de Schrift
bepaald op B.C. 606. In het jaar A.D. 1 waren er 606
jaren van die periode verstreken. 1914 jaren optellend bij de 606 zou
een totaal van 2520 jaren maken, waardoor de periode van Heidense
overheersing zou eindigen in het jaar 1914."
In de jaren voorafgaand aan 1914 leerde het genootschap beslist niet dat
het jaar 1914 het begin was van "de laatste dagen" of de "tijd van
het einde".
In The Watchtower van 15 juli 1894 blz 226 werd geantwoord op vragen
van lezers die wilden weten of het jaartal 1914, met het oog op de
wereldsituatie, geen vergissing was -- ze konden zich niet voorstellen dat
de grote dag van Jehovah nog zo lang op zich zou laten wachten.
Het genootschap antwoordde: [bron]
"Wij zien geen reden om de berekeningen te
wijzigen -- en al zouden we dat willen, dan zou het onmogelijk zijn. Het
zijn, naar wij geloven, Gods jaartallen, niet die van ons. Maar
houd in gedachten dat het einde van 1914 niet de datum is voor het begin,
maar van het einde van de tijd der moeilijkheden. Wij zien geen reden om
onze mening, zoals die in de Watchtower van 15 januari 1892 staat, te
herzien."
1914 werd bezien als de uiterste grens.
De laatste dagen zouden dan eindigen, niet beginnen. De laatste dagen
waren al in 1799 begonnen.
Christus was reeds in 1874 op de troon geplaatst en de hemelse opstanding
was in 1878 begonnen.
Zion's Watch Tower van 15 januari 1892:
"Het door de schriften met zekerheid
aangegeven jaar waarin die 'strijd' beëindigd wordt is oktober
1914. Hij is reeds aan de gang en is begonnen in oktober 1874."
Jaren later, in 1889, werd het boek "The Time Is At Hand",
gepubliceerd, waar op blz.98 en 99 staat:
"In de komende zesentwintig jaar zullen
alle tegenwoordige regeringen omvergeworpen en ontbonden worden."
"Met het oog op dit krachtige bijbelse bewijsmateriaal betreffende
de tijden der heidenen, zien wij het als een vaststaande waarheid dat
het definitieve einde van de koninkrijken dezer wereld en de
volledige oprichting van het Koninkrijk Gods voltooid zullen zijn tegen
het einde van A.D. 1914."
In dezelfde publicatie, op blz.77 en 78 staat:
"In dit hoofdstuk bespreken wij het bijbelse
bewijs dat het volledige einde van de tijden der heidenen, d.w.z. het
volledige einde van de hun toegestane periode van heerschappij, zal
aanbreken in A.D. 1914, en dat dát jaar de
uiterste grens van de heerschappij van onvolmaakte mensen zal vormen."
Vervolgens wordt opgesomd wat in dat hoofdstuk zal worden aangetoond
omtrent 1914:
Ten eerste:
Dat in dat jaar het Koninkrijk Gods, waarvoor onze heer ons leerde bidden:
'Uw Koninkrijk kome', volledige, universele macht zal hebben verkregen, en
dat het dan 'opgericht' ofwel vast op aarde zal zijn gevestigd.
Ten tweede:
Daarmee word aangetoond dat hij wiens recht het is aldus de heerschappij op
te nemen, dán tegenwoordig zal zijn als de nieuwe Heerser der aarde;
en dat niet alleen, maar dat hiermee ook wordt aangetoond dat hij een
aanzienlijke tijd vóór dat jaar tegenwoordig zal zijn, want het
omverwerpen van deze heidense regeringen is het directe gevolg van het feit
dat hij hen in stukken zal slaan als een pottenbakkersvat (Ps.2:9;
Openb.2:27) en in hun plaats zijn eigen rechtvaardige regering zal vestigen.
Ten derde:
Daarmee wordt aangetoond dat enige tijd vóór het einde van A.D. 1914 het
laatste lid van de door God erkende Kerk van Christus, de 'koninklijke
priesterschap', 'het lichaam van Christus', zal worden
verheerlijkt met het Hoofd, want ieder lid zal met Christus als
mede-erfgenaam met hem in het Koninkrijk moeten regeren, en het kan niet
volledig worden 'opgericht' zonder het volledige aantal deelnemers.
Ten vierde:
Daarmee wordt aangetoond dat vanaf die tijd Jeruzalem niet langer door de
heidenen vertreden zal worden, maar tot eer zal herrijzen uit het stof
van het goddelijke misnoegen, want de 'tijden der heidenen' zullen vervuld
of voleindigd zijn.
Ten vijfde:
Daarmee wordt aangetoond dat in dat jaar, of eerder, Israëls blindheid
zal beginnen te verdwijnen, want hun 'gedeeltelijke blindheid' zou
slechts voortduren 'totdat de volheid der heidenen is binnengekomen', of met
andere woorden: totdat het volledige aantal van degenen onder de
heidenen die leden zullen zijn van het lichaam of de bruid van Christus,
volledig verkozen zal zijn.
Ten zesde:
Daarmee wordt aangetoond dat de grote 'tijd van moeilijkheden zoals er
nog nooit is geweest zolang er natiën zijn' zijn hoogtepunt zal vinden
in een wereldwijd heersen van anarchie.
Ten zevende:
Daarmee wordt aangetoond dat vóór dat jaar Gods Koninkrijk, toegerust
met macht, op aarde zal zijn gevestigd en dan het heidense beeld zal
treffen en verbrijzelen en de macht van deze koningen volledig zal
verteren.
Samengevat leerde het Wachttorengenootschap het volgende betreffende het
jaar 1914:
1. Gods Koninkrijk zou niet alleen onzichtbaar in de hemel, maar
vast op aarde zijn gevestigd.
2. Dat het in stukken slaan van de heidense regeringen een
aanzienlijke tijd vóór 1914 zou beginnen.
3. Dat tegen het einde van 1914 alle 144.000 gezalfden naar de hemel
zouden zijn gegaan.
4. Dat de aardse stad Jeruzalem niet langer door heidenen vertreden
zou zijn.
5. Dat de blindheid van het letterlijke Israël zou verdwijnen.
6. Dat de Grote Verdrukking zijn hoogtepunt zou vinden (armageddon).
7. Dat vóór het einde van 1914 het beeld uit Daniël 2 volledig
verbrijzeld zou zijn.
Zoals u kon lezen was 1914 een met zekerheid aangegeven jaar, was
er krachtig bijbels bewijsmateriaal, was het een vaststaande
waarheid en was het de uiterste grens van menselijke
heerschappij. Het waren aangetoonde feiten, door Jezus
verschaft via zijn speciale dienstknecht. Het waren niet "onze"
jaartallen, maar Gods jaartallen.
Zoals u ziet is er geen enkele voorspelling van het
Wachttorengenootschap omtrent 1914 uitgekomen.
Het Einde Van De Tijden Der Heidenen
De enige uitdrukking die het Wachttorengenootschap nog overheeft uit
die tijd is dat "de tijden der heidenen" zijn geëindigd in 1914. Maar
zelfs dat is niet helemaal waar aangezien er ná 1914 een totaal andere
betekenis aan die uitdrukking werd gegeven dan vóór 1914.
Na 1914 leerde het genootschap dat de heerschappij van de menselijke
regeringen niet letterlijk aan hun einde kwamen door toedoen van de
regering van Christus, maar dat het betekende dat aan hun "ononderbroken
heerschappij" op aarde een einde kwam, omdat Christus nu sinds 1914 op
zijn troon was gaan zitten en zijn aandacht op een "speciale manier" op de
aarde richtte.
Vóór 1914 betekende de uitdrukking dat er letterlijk een einde kwam aan
menselijke regeringen, ze zouden in armageddon vernietigd worden,
hetgeen uiterlijk in 1914 zou plaatsvinden.
Dus het is alleen de uitdrukking "het einde van de tijden der
heidenen" dat is overgebleven.
We kunnen rustig stellen dat ook deze voorspelling niet is uitgekomen op de
manier zoals dit door het genootschap werd voorspeld.
Jezus zei:
"Past op dat gij niet wordt misleid;
want velen zullen komen op basis van mijn naam en zeggen......"De
bestemde tijd is nabij gekomen."
Waarna hij waarschuwde: "Gaat hen niet achterna."
Lukas 21:8