Waarom nu nog belangrijk?
Waarom is een zaak die zich in 1954 afspeelde nu nog van belang?
Zijn dit geen "oude koeien"?
Als er op dit gebied sinds 1954 veel veranderd zou zijn, zouden het inderdaad
"oude koeien" zijn die uit de sloot gehaald worden.
Echter, hetgeen in deze rechtszaak werd besproken is NIET veranderd, sterker
nog, de procedures zijn sinds 1981 nog verder aangescherpt.
Zo werd er op het hoogste niveau toegegeven dat er valse
profetieën waren geuit.
Er werd uitgelegd waarom deze valse profetieën door alle
Jehovah's Getuigen moesten worden geaccepteerd, op straffe van
uitsluiting.
Er was iets anders dat belangrijker was
dan waarheid.
De zaak staat bekend als Douglas Walsh versus James Lathan
Clyde, Scotland,1954, waarbij James Latham Clyde de
Minister of Labour and National Service, Court of Sessions, Scotland,
vertegenwoordigde en Douglas Walsh een gemeenteopziener uit een
kleine plaatselijke gemeente van Jehovah's Getuigen was.
Lees de verklaringen van Hayden C.Covington, in die tijd de
juridisch vertegenwoordiger van het Wachttorengenootschap, en Fred
Franz, lid van het Besturende Lichaam en in die tijd de
vice-president van het Wachttorengenootschap (en later de 4e president).
U vindt de vertaling van hun verklaringen in het menu op deze pagina.
Of klik op één van onderstaande links:
Hayden C.Covington onder 'ede'
Fred Franz onder 'ede'
Voor wie het originele rechtbankverslag uit 1954 wil inzien:
Het volledige verslag in
PDF-formaat ( engels -- 762 pagina's )
Dit is een vrij groot bestand (ruim 95MB) dus even geduld a.u.b.
Het downloaden kan enige minuten duren, afhankelijk van uw bandbreedte.
Het legt ook een behoorlijk beslag op onze bandbreedte, dus s.v.p. alleen
downloaden als
u echt belangstelling hebt om dit hele verslag in te zien.
Om het bestand te kunnen lezen hebt u de gratis PDF-reader van Adobe nodig.
Klik
hier als u deze nog niet hebt en nu wilt installeren.
De Walsh Rechtszaak
In 1954 vond in Schotland een rechtszaak plaats waarbij de hoogste
functionarissen van het Wachttorengenootschap betrokken waren.
Met deze zaak probeerde het genootschap bevestigd te krijgen dat de
organisatie van Jehovah's Getuigen een "religie" was met "bedienaren"
die daarom vrijgesteld moesten worden van militaire dienst.
Maar wat kwam er aan het licht?
Wat is het belang van deze rechtszaak?
In deze rechtszaak werd aangetoond dat de procedures van het
Wachttorengenootschap erop zijn gericht te voorkomen dat Jehovah's
Getuigen zelf de bijbel gaan onderzoeken en tot persoonlijke conclusies
komen.
De onder ede afgelegde verklaringen omtrent deze procedures geven het
werkelijke doel van het genootschap weer. U zult versteld staan
van wat u leest.